Geschiedenis

IJsclub Heerjansdam is 125 jaar oud.
Sinds 1897 een begrip in het Heerjansdamse verenigingsleven.

Ter gelegenheid van het honderdjarig bestaan werd in 1997 een boekje uitgegeven.

Enkele feiten en wetenswaardigheden uit de lange geschiedenis van de IJsclub:

  • De verloting als onderdeel van de algemene ledenvergadering is geïntroduceerd in 1905 (een paar schaatsen).
  • Vrouwen hadden geen stemrecht en mochten officieel niet aanwezig zijn bij de ledenvergadering (zie artikel 6 van eerste statuten).
    Dit leidde al in 1906 tot de vraag (van Dirkzwager) waarom de vrouwen niet mee mochten doen met de verloting.
    Pas in begin jaren ’80 kregen de vrouwen stemrecht.
    Van 1986 tot 1991 was Marjan Sipma de eerste en de enige vrouwelijke bestuurslid van de ijsclub.
  • In 1907 werd H.G. Knappert in de ledenvergadering gekozen tot voorzitter van de ijsclub (Dit was destijds de burgemeester van Heerjansdam).
    Dit was ongebruikelijk, omdat normaal gesproken de voorzitter door de bestuursleden onderling werd gekozen en deze in tegenstelling tot de bestuursleden niet tijdens een ledenvergadering werd verkozen.
    H.G. Knappert was voorzitter tot 1910.
    Burgemeester N.A. de Joncheere tradt aan als voorzitter van de ijsclub in 1911.
  • In 1912 werd besloten dat er carbidverlichting op de ijsbaan zou kunnen worden geplaatst voor een betere verlichting ter opluistering van de avondfeesten.
  • Op 22 januari 1914 werd een ringrijderij voor paren uitgeschreven met een totale prijzenpot van 100,00 in de vorm van kunstvoorwerpen.
    Er deden 42 paren mee en de wedstrijd werd opgeluisterd door levende muziek. De muziek werd niet verzorgd door het plaatselijke fanfarecorps, omdat de meeste leden van het corps deelnamen aan de wedstrijd.
  • De winter van 1916/17 was een strenge winter, waarin veel kon worden geschaatst. Het ledenbestand nam maar liefst met 25 toe van 95 naar 120.
    Er was noch nimmer in de geschiedenis van de schaatsclub zoveel uitgegeven aan prijzengeld. Er werden verschillende wedstrijden georganiseerd, waaronder tweemaal een ringrijderij voor paren, een hardrijderij met hindernissen, een ringstekerij en voor de jongeren beneden de zestien een ringrijderij en een hardrijderij met hindernissen.
    Toch had de strenge winter zijn tol geëist. Er waren problemen met het werkvolk. De inventaris was op ruime schaal vernield.
    De belangstelling van buitenaf (niet leden) was zeer gering, zodat er nauwelijks inkomsten waren. Er waren niet genoeg financiële middelen voor festiviteiten, zodat er dagenlang niet veel viel te beleven op de ijsbaan.
    Het bestuur was dan ook van mening dat zij ontslag moesten nemen en zij lieten het aan de ledenvergadering over of de ijsclub moest worden ontbonden. De koek en zopie werd niet zo heet gegeten en de ijsclub bleef bestaan. Wel werd er een geheel nieuw bestuur verkozen.
    – In 1953 was de baan slechts 1 dag open. Er werd 10,00 geschonken aan de ijsvereniging s’Gravendeel in verband met de schade door de overstromingsramp.
  • In 1955 werd het voorstel aangenomen om zich te laten schrappen als lid van de K.N.S.B. Dit gebeurde wegens onprettige dingen en de verdubbeling van de contributie van 10 naar 20 cent per lid.
  • In seizoen 1961/62 was de ijsclub met de tennisvereniging overeengekomen om de tennisbaan onder water te zetten. Dit experiment was helaas nooit uitgevoerd, omdat het plots hard begon te vriezen.
  • De heer van Limburg had in een brief voor de ledenvergadering van 1962 voorgesteld om de ijsbaan achter op de Waal te plaatsen nabij `Hotel het Waaltje’. De ledenvergadering stond positief tegenover dit voorstel en het bestuur zou overleg gaan plegen met van Limburg.
  • De winter van 1962/63 was een zeer strenge winter, waarin veel kon worden geschaatst. Er werden 17 wedstrijden georganiseerd, waaronder langebaanwedstrijden voor heren en dames; kortebaanwedstrijden voor heren en paren; diverse wedstrijden voor de beide scholen; een schaatscros voor heren; sleerijden voor paren; driedorpentocht;  jeugdtoertocht; ringsteken voor arrenslee, auto’s, paren en tractors en een puzzelrit voor auto’s.
  • Verplaatsing ijsbaan op Waal van gemeentehuis naar restaurant het Waaltje. Dit leidde tot felle kritiek op het bestuur van de ijsclub. (zie notulen 1963 en artikel 22 maart 1963 in Rotterdams Nieuwsblad) Er werd een buitengewone ledenvergadering uitgeschreven uitsluitend voor de kritiek op het bestuur, welke zich genoodzaakt zag af te treden. Tijdens deze vergadering viel echter weinig kritiek te horen. Men was eenstemmig in de lof en waardering en de leden herstelde hun vertrouwen in het bestuur.
    Er waren immers vele activiteiten georganiseerd en het kassaldo had nauwelijks te leiden gehad (van 1687,60 naar ruim 1600). Dit in tegenstelling tot verschillende andere ijsclubs die de contributie moesten verhogen of zich in de schulden moesten steken. Het bestuur sprak zijn bijzondere dank uit voor Plaizier (gratis beschikbaar stellen van tractor), Monshouwer (gratis beschikbaar stellen van motorbezem) en van Limburg (die het licht voor zijn rekening had genomen). Na een stemming werd besloten om de ijsbaan weer aan te leggen nabij restaurant t’ Waaltje.
  • Een alternatief voor de ijsbaan op de Waal is regelmatig aan de orde gekomen:
    + In 1953 werd een voorstel gedaan voor een ijsbaan in het Gors van den heer Monshouwer.
    Voordeel van deze plek is dat er veel minder wind is.
    + In 1962 tennisbaan.
    Dit experiment was helaas niet uitgevoerd, omdat het plots hard begon te vriezen.
    + In 1970 had Groenenboom geopperd om permanent palen te zetten.
    Deze palen zouden de golven in de Waal breken, omdat het te lang duurde voor het ijs sterk en betrouwbaar was.
    Noordzij had gevraagd of er niet een pit of weiland was om onder te laten lopen, zodat de kinderen alvast konden schaatsen.
    Van Loenen stelde voor om voor recreatie een noodbaan aan te leggen langs de oever van de Waal.
    Noordzij opperde verder de mogelijkheid van een baan voor de kinderen op de haven van Monshouwer (die afgedamt was).
    Dit leidde tot een ijsbaan op de haven van Monshouwer voor de jeugd in het seizoen 70-71.
    + In 1972 had vd Merwe gevraagd naar een stuk parkeerterrein om een baan te maken.
    + In 1973 was het dagelijks bestuur van de ijsclub uitgenodigd door B. en W. om een ijsbaan aan de Molenweg te organiseren.
    + In maart 1974 begonnen de voorbereidingen voor een ijsbaan aan de Molenweg. Op 30 april (koninginnedag) werd de schaatsbaan aan de molenweg geopend door B. en W. in het bijzijn van de bestuursleden.
    De huur van de baan was 50,00 per seizoen.
    + In 1976 bleek dat de ijsbaan aan de Molenweg een groot succes was.
    De winter had slechts kort geduurd en was zacht.
    Er kon slechts 1 week (30 jan – 6 feb) worden geschaatst.
    Toch was het ledental in deze week ruim verdubbeld (van 298 naar 784) en waren er op zaterdagavond 31 jan zo’n duizend man op de baan (jawel, dit komt uit een jaarverslag door Aart de Jong).
    Er waren echter ook enkele ongelukken, waaronder op de dinsdag een beenbreuk en een heupbreuk.
    – C. Groenendijk had in 1975 gevraagd of hij mocht tenten als er ijs was.
    – B. Andriesse, G. Kruithof en P. Roekse hebben elfstedentocht gereden (1985 en 1986).
    – In 1981 werd voorgesteld om de jeugd een kans te geven om te gaan schaatsen in de Ahoyhal. Het bestuur zou dit onderzoeken.
    In 1990 werd voorgesteld om met de schoolkinderen naar de kunstijsbaan de Uithof in Den Haag te gaan indien koning winter de ijsbaan niet van natuurijs zou voorzien.
    Het schoolschaatsen op de Uithof werd de eerste keer georganiseerd in 1992 en dit evenement was een groot succes voor de schoolkinderen.
    Ook de daaropvolgende keren (1995 en 1996) was het schoolschaatsen een groot succes.
    De eerste keer had wel wat misverstanden opgeleverd in het bestuur.
  • Deze misverstanden ontstonden doordat niet iedereen op de hoogte was van het schoolschaatsen.
    Er was dat jaar immers natuurijs geweest.
    Ook in 1996 leverde het schoolschaatsen misverstanden op, toen het schoolschaatsen doorging terwijl er natuurijs was.
    Er werd daarom in 1996 besloten dat het schoolschaatsen een jaarlijks terugkerend evenement zou worden.
  • Vanaf 1992 waren we ook zomers actief met de organisatie van de Oude Maas Skeelertoertocht.
    Tot en met vorig jaar is dat altijd met volle overgave gebeurt.
    Jammer genoeg moesten we er dit jaar een punt achter zetten.
    Door de vele regeltjes en wetten opgesteld door allerlei instanties, werd het ons te veel en te risicovol om door te gaan.
    Na 10 jaar met veel plezier naar deze dag te hebben toe geleefd, kwam voor ons als organiserende vereniging en de vele deelnemers (ruim 100 deelnemers elk jaar) een einde. Jammer, jammer, jammer.